GR107, Chemin des Bonhommes, Frankrijk/Spanje - najaar 2004 - 8 dagen


  • website

  • proloog, 26 sept 2004

    12:00, 'kattencamping'

    Piepend en krakend is de wagen tot stilstand gekomen. Niet onze op instorten staande VW Polo, waarvan de snelheidsmeter en kilometerteller al lang niet meer werken, zodat we niet precies weten hoe ver we van huis zijn. Maar ik ben het slachtoffer. Na 3 weken zonder vrij weekend waarin ik 2 jetlags heb genegeerd, terwijl ik al die tijd een zware verkoudheid probeer te overwinnen. Blijkbaar was de lange vermoeiende dag rijden gisteren de druppel. We hadden ons vizier gericht op deze superstille boerderijcamping ten noorden van Clermont-Ferrand omdat we daar 2 jaar geleden overspoeld werden door kippen en katten. We zijn gek op beesten en met een grijns reden we gisteravond het erf op. Het werd snel schemerig en kouder, maar hoeveel lagen fleece ik ook aantrok, ik bleef het kouder krijgen. Even later lag ik rillend in mijn slaapzak, met alle dekens die ik kon vinden over me heen. Met sokken, muts en handschoenen aan. 's Nachts sloeg het bibberen om in zweten en het rillen werd duizelen. 's Morgens was het over. Een beetje zwakjes en verbaasd. Verbaasd omdat ik toen ik mijn ogen opendeed ik in een kattensnuit keek. Petra had van mijn bewusteloosheid gebruik gemaakt en een kat mee naar binnen gesmokkeld.

    Petra vind dat we even pas op de plaats moeten maken, dus vandaag bereiken we Foix niet en morgen beginnen we dus nog niet aan onze 9-daagse trektocht over de Pyreneeen. We hebben de tijd, dus geen probleem. Even een tandje terug, we blijven hier een dagje hangen tussen de weilanden, omringd door katten en kippen. Dat moet te doen zijn.


    Dag 0 - 27 september 2004

    18:00, Foix (370m)

    Dit is dat moment waarop ik gespannen word, de overgangsfase van 'niet-hiken' naar 'hiken'. De rugzakken zijn ingepakt, we hebben een plek voor de auto en hier beginnen we morgen onze 9-daagse mars in de voetsporen van de Katharen. Over 10 dagen moeten we dan hier weer terugkomen met de trein vanuit Spanje. Naja, moeten, we hebben een week speling, een zee van tijd.

    Toch geeft de overgang van druk en luxe naar rustig en primitief altijd wat spanning. Het verbaast me een beetje omdat het aantal trekkings allang niet meer op 2 handen te tellen is. Het heeft iets te maken met dat ik weet dat we het zwaar gaan krijgen, we zullen het heet krijgen, en koud. We zullen pijntjes krijgen en zuchtend wensen dat we klaar zijn. Maar natuurlijk weegt dat ruimschoots op tegen de mooie momenten en de herinneringen achteraf. Ach, zo gespannen ben ik nou eigenlijk ook weer niet. Meer gefocust. Niets vergeten, alles nog even nalopen, want 9 dagen lang hebben we alleen de inhoud van onze rugzakken.

    De voortekenen zijn gunstig. Het weer is perfect en de voorspelling goed. De auto mag op de camping blijven en de route in het boekje ziet er erg leuk uit. Dit gaat een goede hike worden.


    Dag 1

    7:46, Foix (370m)

    Zonsopgang, met Orion boven mijn hoofd. We zitten op 370m en het is 9 graden. Ik probeer in te schatten hoe koud het minimaal gaat worden en of ik genoeg kleren bij me heb. We overnachten op max 1600m, 1200m hoger dan hier. De temperatuurval is 7 graden per 1000m, dus op een vergelijkbare dag zou dat tegen het vriespunt zijn. De kans dat het kouder wordt de komende 10 dagen lijkt me groot, al met al reken ik op een minimum van -5, incidenteel, niet te dramatisch. Okay, dus geen fleecedeken mee en geen extra trui. We hebben onze zomerslaapzakken mee, misschien was het toch beter geweest om de winterslaapzakken mee te nemen, oh well.

    3 kwartier na de wekker kruipt ook Petra uit de tent. Ze is nogal sloom 's morgens en de de aanwezigheid van een nest jonge katten op ons campingplaatsje maakt het haar ook niet makkelijker om zich te concentreren op het klaarmaken van haar spullen. Gelukkig had ik me vergist in de zonsopgang. Ik dacht dat dat om 7:00 zou zijn in plaats van 7:46.

    Nu is het echt. De laatste echte koffie en comfortabele stoel, de laatste keer de auto vol lekkers en warme spullen. Alles dat we nu niet meenemen zien we pas over 10 dagen terug. Op naar de horizon, de zon tegemoet!


    11:00, 850m

    Ah, we zijn op weg. We zitten inmiddels hoog boven het rumoerige dal waar we het eerste halfuur in de uitlaatgassen van het drukke spitsverkeer van Foix liepen. Toen eindelijk de reddende roodgele markering verscheen werden we door het pad boven alles uitgetild en op deze mooie bergweg gebracht. Nouja, getild, gebracht, we moesten het wel nog even zelf doen. En op zo'n eerste dag zijn de spieren nog niet soepel en de rugzak nog erg zwaar. Maarja, 400m, c'est rien, en binnen een uur was dat leed geleden en konden we genieten van de uitzichten aan beide kanten van de graat. Knoestige oude bomen, hier en daar een ruine van een boerderij, en de lucht vol insekten , zwaluwen en roofvogels. En dat alles onder een strakblauwe hemel met een temperatuur van rond de 20 graden, niet slecht.

    14:00, 770m

    We gaan aardig snel. We hebben ruim 4 loopuren gemaakt en zijn op een uur lopen van Roquefixade, het officiele eindpunt voor vandaag. Er is geen camping in Roquefixade, maar wel 2 gite d'etappes. Gite's zijn leuk, maar we kamperen eigenlijk liever, dus we proberen een bivakplekje te vinden bij een bron op ongeveer een halfuur hier vandaan. Het valt of staat met het vinden van die bron, en eigenlijk maakt het me niet zoveel uit of het valt of staat. Het gaat erg prettig vandaag. Het landschap is eigenlijk niet wat ik verwachtte. Eerst eikenbos dat overging in beukenbos. Het is erg groen en 's zomers. Voor we via Andorra Spanje bereiken zal het nog wel veranderen.

    17:30, bivak

    Bivak! En wat voor een. We staan op de flank van de berg met een mooi uitzicht het dal in. Het lijken hier wat weinig gebruikte weilanden met hoog gras en overal boompjes om je achter te verstoppen. De bron is een ander verhaal. De bron voor het vee werkte niet meer, maar ik volgde een pvc pijp naar een grote plas vol insekten en paddevissen. Maar het water leek helder en we nemen de gok.

    Eindelijk kan ik mijn MIOX zuiveringsapparaatje uitproberen, een wondertje der techniek. Het is een piepklein apparaatje dat met bulp van zout en stroom een vloeistof met een oxidant aanmaakt dat het water zuivert. Hoe zuiver zuiver is zal ik de komende uren wel merken. In ieder geval hebben we water en dat betekent dus dat we kunnen kamperen.

    Wauw, wat een prachtig licht. De zon zakt langzaam weg en het zachte licht op de verkleurende natuur is een lust voor het oog. Zo, nu een soepje maken om het water te testen en Petra gerust te stellen.

    19:00

    Het uur van de vrijheid. De tent staat in het mooist licht dat ik me kan voorstellen, op een van de mooiste plekken die ik me kan voorstellen. De krekels en vogels doen een wedstrijdje sfeergeluiden en de kerkklok van het gehuchtje Leychert, net beneden ons, doet vrolijk mee. Ik heb de vrijheid om hier te kunnen zijn en om hiervan te kunnen genieten. Regels en verboden gelden even niet, net als tijdschema's en plannen. Niemand die me dit uur kan afnemen, een magisch uur, totdat de zon achter de horizon verdwijnt. Zonde om nog langer te schrijven, ik ga nog even genieten.


    Dag 2

    8:00

    Zo mooi als de zonsondergang was, zo mooi is de zonsopgang. Het dal is een zee van mist waar af en toe wat boomtoppen uitsteken. De volle maan zakt naar het westen... uhoh, het vredige tafereel wordt nogal wreed verstoord, jachtgeweren knallen, vlakbij, honden janken. Even bukken... waar was ik? Oja, de zon verlicht de bergtoppen en de volle maan begint te vervagen. De eerste zonnestralen raken de mist, dus die zal zo wel verdampen. Prachtig hier, heel mooi, wel even buiten schot blijven. Maar zoals de lijsterbes en meidoorn ons gisteren de weg naar de bron toonden, zo beschermen ze ons nu tegen de blikken van de jagers. Niet gek om de bomen te vriend te hebben.

    13:00

    De eerste dagen zijn altijd wat zwaar. Het proces van wanderlust naar wandelrust is niet helemaal pijnloos, en vanochtend voel ik de pijn een beetje. Het laatste uur was een gemene klim van bijna 400m, geen pretje met een lichte hoofdpijn en stijve spieren van 'dag 1'.

    Het is niet allemaal kommer en kwel trouwens. We braken een beetje gehaast op vanwege de jagers, en zwoegden superstram met koude spieren en zere voeten de laatste 100m omhoog naar de top van de berg waaronder we kampeerden. En daar lag Roquefixade. In mijn hoofd uitgegroeid tot een stad waar we al sinds gisterochtend naar op weg waren. In werkelijkheid een piepklein gehuchtje. Erboven torende een kasteelruine en in de werde werd de berg met het Katharenbolwerk Montsegur zichtbaar. We wandelden Roquefixade binnen en werden begroet door een paar dromerige honden, die als tolgeld een aai over hun bol verwachtten. 4 honden verder troffen we wat vriendelijke dorpelingen die ons naar het dorpsfontein verwezen voor drinkwater. Op mijn vraag of het drinkwater was antwoordde een oude baas "je suis quatrevingtans et je suis pas mort!", hij heeft het tot 80 geschopt terwijl hij er elke dag van drinkt.

    Met moeite verlieten we dit dromerige stipje op de kaart. We hesen de te zware rugzakken op de pijnlijke schouders en sloegen het pad in richting de berg met het kasteel in de verte, Montsegur, het einddoel voor vandaag. Inmiddels zijn we Montsegur op minder dan 2 loopuur genaderd. We komen zo eerst door het dorp Montferrier en dan nog een flinke klim. En dan maar hopen dat er een camping is. Het is warm, 20 graden, maar het lijkt veel warmer. Van mij mag de temperatuur wel een graad of 10 omlaag.

    17:00, Montsegur (970m)

    Eindelijk, Montsegur. Het viel me zwaar vandaag, mijn benen zijn pap en mijn spieren trillen. Maar wat een heerlijk dorpje. En het belangrijkste, een camping! Piepklein en alleen voor tentjes. EUR 2.60 pp, inclusief douche. Behalve wij staat er 1 ander tentje. De tent staat onder een lijsterbes inclusief lijster en het zonnetje probeert me in slaap te sussen. Maar nog even niet even wat brood en douchemuntjes halen, en het dorp bekijken.

    18:00

    De buit: melk, kaas, tomaten, brood en chocoladetoetjes. Klinkt allemaal doodgewoon, maar voor ons de ingredienten voor een feestmaal. Volgens Petra kunnen we naar huis omdat we in 2 dagen alle hoogtepunten en dieptepunten hebben gehad. Een beetje overdreven, maar dat we na 2 dagen een camping met drinkwater al als iets luxe zien, en een pak melk en 2 tomaten als een culinaire verwennerij, zegt wel wat.

    Op dit moment bevindt ik me in zo ongeveer de best denkbare situatie. In rust na een vermoeiende dag aan een tafel vol eten. In de buitenlucht tussen de bomen met krekels en vogels als achtergrondkoor. Geen televisie, geen computer, geen haast. De enige afhankelijkheid zijn de natuurlijke ritmen. Het wordt straks donker en wij worden straks moe. Jawh, op een of andere manier lijkt het leven op die natuurlijke ritmen altijd erg goed te bevallen. Ik vraag me af hoe dat komt.


    Dag 3

    8:00, Montsegur

    De volle maan gaat onder, de zon komt op, en wij kruipen onder vogelgejuich uit de tent. Ik verwachtte de traditionele dag-3 klap vol spierpijn en hoofdpijn, maar dat valt mee. Nu eerst de restjes van onze copieuze maaltijd wegwerken en dan 4 loopuren naar Camurac. Ongeveer 600m dalen en 800m stijgen.

    11:30, Petail (605m)

    De klap kwam later, uit een totaal onverwachte hoek. Ik zat te genieten van de zonsopgang en me vredig af te vragen hoe dit soort natuurlijke meditatie in zen en druidisme naar voren kwam. Opeens verduisterde de zon en kwam er een sjacherijnige kop in beeld. Het was de onvriendelijke fransoos die gisteravond met een groot mes paddestoelen liep te graven op de camping. Hij mompelde iets over sigaretten en ik zei dat ik niet rookte. Vervolgens vroeg hij of ik geen hoestpastilles had omdat hij last had van mijn gekuch, oeps. Hij begon nog veel meer te zeggen dat ik allemaal niet begreep en ik dat zei stapte hij op me af en zei "comprends pas francais!?". Ik zei "non" en gelijk gaf hij me een stomp en vroeg of ik dat dan wel begreep. Ik schrok me rot. Dankzij mijn dikke kleding kwam de klap nauwelijks aan, en de barbaar vroeg "encore?". Of ik nog een klap wilde. Eigenlijk had ik uit mijn vel moeten springen en hem op zijn bek moeten slaan, we waren immers met z'n tweeen. Maar ik bleef (gelukkig) heel kalm en zei gewoon "non". Hij zie iets, kuchte, en wees op mij. Ik kuchte en hij zei "oui! arretez ca!", dat ik daarmee moest ophouden, en hij beende weg. Achteraf werd ik nog wel een paar keer heel kwaad, en dan draai je alternatieve scenario's af in je hoofd. Maar eigenlijk zouden die scenario's allemaal slechter afgelopen zijn. Ik geloof dat ik dit maar als oefening in incasseren en tolarantie beschouw. Wel toepasselijk, aan de voet van Montsegur, waar intolerantie zoveel leed heeft veroorzaakt dat het 800 jaar later nog doorklinkt in de vorm van dit wandelpad. Tsja, wat pik je wel en wat pik je niet. En wat zijn de consequenties van het een of het ander.

    Verder is het een prachtige dag. We hebben inmiddels na 2 loopuren de vallei bereikt en zijn daar tegen een geweldig plekje aangelopen. Een picknickplaats in het bos aan een kabbelend riviertje. Een perfect bivakplekje, ware het niet dat we nog 600m moesten stijgen naar Comus. Maar vandaag is de korste dag, dus tijd zat om hier even de kalmte op te snuiven in het zonnetje. Het gaat stukken beter dan gisteren, het lijkt er zelfs op dat we eerder 'ingelopen' zijn dan normaal.

    14:00, (1040m)

    Door de koele gorges du Frau kropen we omhoog. Het pad steeg continue, maar niet zo steil om het erg oncomfortabel te maken. Het enige dat adembenemend was was het landschap. Loodrechte grijze wanden torenden hoog boven ons uit, alsof we hobbits op weg naar Moria waren. Hoog boven ons raakte de zon de verkleurende bomen en stukken rode en gele rots. Na bijna anderhalf uur in sjoktempo kwamen we bij deze driesprong net boven de 1000m. Nog een ruim uur naar Camurac, 200m hoger. Tjee, zo moeizaam als het gisteren ging, zo soepel gaat het vandaag.

    17:00, Camurac (1280m)

    Uiteindelijk waren de laatste loodjes het zwaarst. Een uur in hoog tempo kilometervreten in de zon over asfalt in Meindl Perfect's, keiharde hooggebergte schoenen die op asfalt open als klompen. Een tegenvaller was dat de winkel in het dorp dicht was en een tweede tegenvaller was dat de camping nog 2 km buiten het dorp lag. Maar we zijn er, de tent staat en ik heb me zelfs onder een piepklein lauw straaltje kunnen douchen. En we zijn helemaal alleen, dus niemand om me een klap op m'n bek te komen geven. We gaan terug naar het dorp om eten te kopen en om te dineren.


    Dag 4

    7:30

    Het is donker en mistig, we liggen nog in de tent. De mist maakt alles zeiknat, de tent zal zo wel een kilootje meer wegen. Boodschappen en diner zijn gelukt. Simpel maar lekker. Een avond geen droogvoer en een ochtend stokbrood met tomaat en geitenkaas in plaats van hardkeks, yum! Er is nog een stel wandelaars op de camping aangekomen, kiwi's zo te horen. De eersten die we tegenkomen. Vandaag open we Orlu te bereiken, maar dan moet ik nu wel de hobbit de warme slaapzak uit zien te krijgen en het natte gras in.

    11:30, Col de Balagues (1660m)

    Wat een prachtige dag. Toen ik uit de tent kroop was de mist in het dal verdwenen. Aan de overkant van de mistzee staken de bergen omhoog, en het dorpje Montaillou op de helling tegenover me, leek in een gevecht met de nevel om niet te worden verzwolgen. Terwijl ik aan mijn koffie nipte vielen de eerste zonnestralen op de bergtoppen. Langzaam werkte het rode licht zich omlaag langs de berghelling richting de nevelzee, alsof de zon Montaillou te hulp schoot. Uiteindelijk won het dorpje en begon de krachtig wordende zon de mist te verdrijven. Toen wij anderhalf uur later hetzelfde Montaillou doorkruisten, op weg naar deze pas, was er niets meer van enige verkoelende nevel te bespeuren.

    De total bevolking van Montaillou is in 1308 door de inquisitie opgepakt op verdenking van ketterij, de katharen. De inquisitie hield zulke goede verslagen bij dat dit dorp als een soort Pompei is vereeuwigd. Niet in as, maar in de notulen van de verhoren waarin dorpelingen vertelden over hun ruzies, affaires en geheime paden waarlangs ze hun schapen naar de weiden leidden. Inmiddels zijn we Montaillou allang voorbij en hebben we de verhittende klim naar het hoogste punt van vandaag gehad. We hebben dat gepast gevierd met stokbrood, geitenkaas en tomaat.

    13:30, Col de Jou

    Pjew, beulen in de hitte. We zaten de hele weg boven de boomgrens en de zon is nog aardig fel. Nu, met een stokbroodje kaas in de schaduw van wat prachtige beuken is het een stuk aangenamer vertoeven. We twijfelden tussen Sorgeat over 1 loopuur en Orlu over 2.5. In Sorgeat is een open camping, in Orlu is dat een gok. Het is zulk perfect kampeerweer dat we die gok eigenlijk niet willen nemen. Het zal dus wel Sorgeat worden.

    De vierde dag is altijd een beetje bijzonder. Ik ben dan gewend aan het ritme en mijn lichaam begint zich aan te passen, zodat niet elke krachtsinspanning de volgende dag pijn doet. Rond deze tijd merk ik ook dat de drukte in mijn hoofd minder wordt en dat ik ontspan. Ik glimlach vaker dan dat ik frons. Eigenlijk is zo'n wandeltocht een soort meditatie. Door vermoeidheid, of de schoonheid van het landschap en de natuur kun je even nergens anders meer aan denken. En dat gaat elke dag automatischer, je wordt steeds leger in je hoofd, en dat levert nog wel eens spontaan verrassende inzichten en inspiratie op. Zo, genoeg gefilosofeer, even achterover met de ogen dicht. Waarmee impliciet de keuze voor Sorgeat is gemaakt.

    18:00, Sorgeat

    Het is inderdaad Sorgeat geworden en nu waren de laatste camping-zoekende loodjes wat zwaarder. We staan nu boven Sorgeat met een mooi uitzicht over het dal waarin Ax-les-Thermes ligt. Af en toe kloinken er kerkklokken, maar dat valt tussen de continue kloinkende koeiebellen nauwelijks op. Ah, zomaar een paar uur stilzitten, niksdoen, keutelen. Petra heeft nog een dappere, maar helaas tevergeefse poging ondernomen om meer van die heerlijke stokbrood en kaas te bemachigen in het dorp. Helaas, de hardkeks verschijnen weer aan de horizon ben ik bang.. ah well.


    Dag 5

    7:45

    Voor zonsopgang opgebroken en ontbeten, wauw. Vandaag wordt aardig lang en aardig zwaar. 6 loopuren, 900m omhoog en weer omlaag. De op van de berg steekt in de wolken, maar verder is het helder. We gaan weer zweten vandaag. Maar gelukkig lopen we van noord naar zuid, wat in de praktijk betekent dat we stijgen aan de koele beboste noordhelling en dalen aan de kalere hetere zuidhelling met mooie uitzichten. We hadden weer een gast voor het diner en ontbijt. Een zwerfkat die Petra een van onze kostbare blikjes leverpastij heeft opgevoerd. Oh well, his lucky day.

    11:45

    Verkeerd gegokt. Na anderhalf uur kwamen we in Orlu, een dorpje aan een prachtige rivier, met een camping. Maarja, nu hebben we helemaal fris met prachtig zacht ochtendlight de wandeling naar Orlu gemaakt terwijl we dat gisteravond waarschijnlijk niet meer hadden gezien. Nadeel is dat we aan de 900m stijgen moeten beginnen terwijl we al anderhalf uur in de benen hebben zitten. Maar we hebben even doorgedrukt en zitten nu op 'De Helft'. Niet alleen op de helft van 6 loopuren voor vandaag, maar ook op De Helft van de tocht. We hebben er nu 4.5 dagen op zitten en hebben nog 4.5 dagen te gaan, een mijlpaaltje.

    Tussenstand, Petra heeft een blaar en een snee en loopt met compeed op haar hielen, maar verder zijn we er allebei prima aan toe. Nauwelijks spierpijn, alleen een beetje stijf bij de start. Ik had 2 gastankjes meegenomen, en 1 had nu op mogen zijn. Maar we verbruiken vanwege de warmte minder gas dan verwacht, dus dat gaat ook prima. Qua voorraden zitten we op schema, maar dat betekent wel dat we nog 1x avondeten moeten regelen, we hebben nog 3 avondmaaltijden bij ons. Maar dat moet makkelijk lukken en is absoluut geen straf. Tot nu toe hebben we iedere nacht kunnen kamperen, maar ik heb er niet volledig vertrouwen in dat dat vanavond ook lukt. Volgens de topoguide is er in Merens-le-Val geen camping, alleen een gite in Merens-le-Haut. Ach, ik zelf wel weer geluk hebben zoals gewoonlijk. Goh, Petra stelt voor om verder te gaan.

    14:00, Col de Jeux (1700m)

    Tjemig, dat was even doorbijten zeg, stap na stap, hoogtemeter na hoogtemeter. Maar wat slokken water en hardkeks met geitenkaas en het leed is alweer bijna geleden. Het is mooi hier. We zitten ongeveer op de boomgrens. Uitzicht naar beide kanten van het dal. In het westen Ax-le-Thermes en in het oosten alleen maar bos. Mooi bos hier trouwens, grote volle bomen en veel variatie. Alleen wild hebben we nog niet gezien, dat wordt hier ook gelijk afgeknald als het zich laat zien waarschijnlijk. Vanmorgen stond er weer zo'n oud mannetje met een jachtgeweer achter een boom te turen. Ik voel zijn ogen dan altijd een beetje in mijn rug prikken en hoop dan dat hij nog scherp kan zien. Over prikken gesproken, ik lig midden in een mierennest, shit.

    17:00, Merens-le-Val (1000m)

    De lange dag werd nog wat langer, 7 loopuren en we zijn nog niet klaar omdat we ons einddoel iets hebben opgeschoven. Tot ons grote genoegen zagen we in het dal 700m onder ons een camping liggen, iets voorbij Merens. We hebben de lange stoffige hete pijnlijke afdaling gehad en we hoeven volgens het bordje nog maar 1.3 km. Maar we moeten ook wat eten inslaan en de kruidenier gaat pas over een half uur open. Dus we hebben onze vermoeide lichamen even op een terrasje geparkeerd en onze dorstige droge kelen verwend met koele sprankelende cola. Heerlijk. Oef, ik ben moe, lekker moe. Zere voeten, zere kuiten, zere nek en schouders, en ik zie niet helemaal scherp meer. Kortom, weer een goede hiking dat om helemaal in opgezogen te worden, helemaal verzadigd.

    19:00, Merens-le-Val (1000m)

    Bivak! Alsof onze rugzakken zijn geexplodeerd ligt 'emplacement 35' vol rotzooi. De tent staat, de matjes en slaapzakken liggen erin, en toch blijft er genoeg rotzooi over om een huiselijk gevoel te creeeren. Ik zit schoongedouched met een kop koffie tegen een boom, luxe in een week van simpel en intensief leven. Gek dat zo simpel leven zo bevredigend is. We bevredigen onze basisbehoeften (eten, drinken, onderdag) en verder is het niets anders dan lopen en ervaren. We leven intensiever omdat die basisbehoeften nu moeite kosten en we daar onze aandacht op richten als we niet aan onze zere voeten of het prachtige landschap denken. Waarom is het ontbreken van de onnodige luxe, afleiding en complexiteit prettig? Omdat we dan intenser leven? Of zit er meer achter? En hoe ver kan je dat doortrekken? Ik ken de antwoorden voor mezelf inmiddels wel.


    Dag 6

    8:00, Merens

    Vandaag wordt niet zo'n lange dag. 4.5 tot 5 loopuren (gisteren 7), dus we hebben uitgeslapen tot 7:30. De zon komt ook steeds later op trouwens, tegen 8:00 nu. Het is licht, maar we zitten in een smalle vallei met bergen in het oosten, dus voorlopig zullen we de zon ook niet zien. Jammer, want de tent is kleddernat en we hebben gisteren kleren gewassen die moeten drogen. We stijgen vandaag wel weer 1000m, maar in het begin heel geleidelijk door dit dal langs de rivier, de zware loodjes zijn voor het laatst. Ah, daarkomt de trein van de grens naar Foix langs, de trein die wij over 4 dagen moeten hebben.

    12:00, l'Hospitalet pres Andorre (1400m)

    Het gaat een beetje zwaar vandaag. Misschien vanwege de lange dag van gisteren, of misschien omdat ik dacht dat het vanochtend makkelijk zo gaan door de vallei. Maar de vallei was niet vlak, we zijn toch alweer 400m gestegen de laaste uren. Dit is een zeer gevaarlijke plek voor onze tocht. Hier vertrekt de trein naar Foix en ik wist gewoon dat Petra voor zou stellen om die ten nemen. De verleiding is groot, maar ik had mijn antwoord klaar ('nee, natuurlijk niet!'), omdat ik weet dat ik daar spijt van zou krijgen. Maar als ze het nog een keer voorstelt zeg ik waarschijnlijk 'ja', want het alternatief is 600m stijl omhoog gevolgd door 3 zware dagen. Ik heb het een beetje zwaar vandaag, tijd om de knop even om te zetten. Verlangend kijk ik naar de nu nog lege regels hieronder. Als die gevuld zijn is het leed voor vandaag geleden.

    15:00, Col de Puymorens (2000m)

    Aaaah. Met mijn oververhitte voeten in een ijskoud bergstroompje, heeeerlijk. Net als de stokbrood met geitenkaas om te vieren dat we over het hoogste punt zijn voor vandaag. Nog 3 kwartier tot het dorpje. Eigelijk viel de klim ontzettend mee. Het geheim zit hem in zo langzaam lopen dat je niet gaat hijgen. Je wordt dan niet veel moeier dan wanneer je horizontaal loopt. We hielden dat ruim 400m vol, maar de laatste 200m waren boven de boomgrens in de felle zon, en toen werd het toch nog zweten en zwoegen. Het is warm vandaag, zelfs op 2000m. Goh, al 6 dagen strakblauw en zonnig. Aah, nog even met de voeten in de beek.

    17:30, Porte Puymorens (1620m)

    Toch nog een addertje onder het gras. Het blijkt dat de GR107 niet meer door het dorp loopt. Maar door de verrekijker zag ik wel caravans staan. We zijn toen over een overwoekerde skihelling afgedaald en uiteindelijk kwamen we op de camping municipal van het dorp terecht. Mooie vallei trouwens. Aan de kant van l'Hospitalet was het woest en ledig, maar hier zijn de hellingen bedekt met gele berken.

    Ah, we zijn weer in bivak modus. Een van de activiteiten is dan steeds inventariseren en plannen. Oftewel, zorgen maken over de etensvoorraad en over de zwaarte van de volgende dag. Officieel komen we 2 diners te kort, maar we gaan er vanuit dat we de laatste avond in Baga wel restaurants vinden. Doordat we de afgelopen dagen een paar keer brood met kaas hebben kunnen kopen hebben we nu genoeg hardkeks over om nog 6 maaltijden (ontbijt/lunch) te kunnen overbruggen. Dan blijft er een pak dikke pap over, en een pakje 'apricot crumble', nog een overgebleven lekkernij van onze reis naar Nieuw Zeeland. Verder nog de nodige cup-a-soup en reepjes. Vanavond bestaat ons diner dus uit dikke pak, een lekker toetje als compensatie, en een paar borrels om de herinnering aan de pap te verdringen. En dan is het compleet, we zijn dan in principe zelfvoorzienend tot het einde (maar als we brood met kaas tegenkomen is het 'byebye hardkeks'). Ook de gastank is nog steeds niet leeg en zelfs de accu van mijn digitale camera werkt nog. Voor beiden heb ik een reserve bij me, dus dat gaat prima lukken.

    Hoe voel ik me na 6 dagen lopen? Een beetje moe, tevreden, een beetje los van alles. Soms is het te zwaar om leuk te zijn en probeer ik even mijn bewustzijn uit te schakelen, maar meestal is het gewoon lekker door de natuur trekken. De pauze's en bivak's zijn simpelweg genieten als er alelrlei welverdiend en door schaarste kostbare geworden lekkernijen uit zakjes en pakjes tevoorschijn komen. Wat ik ook heel prettig vind is om dit samen te doen. Je maakt toch samen hetzelfde ritme mee. Van wat lastigere momenten (zoals morgenochtend om 7:00 als we een uur voor zonsopgang de natte kou in moeten) tot aan de glorieuze momenten als schoenen uitschoppen na een lange, lange dag. Je leeft heel intensief samen in een piepklein wereldje met weinig spullen en je bent afhankelijk van elkaar. En da's mooi. Zo, nu even dikke pap koken voor de hobbit, dat is ook een beetje afzien in het land van de foie gras en chevre chaud. Oja, hoe voel ik me na 6 wandeldagen? Eigenlijk gewoon perfect.


    Dag 7

    7.15, Porte Puymorens

    Het vriest en Orion staat hoog aan de hemel. Moeilijk om uit de warme slaapzak te kruipen, maar we willen vandaag vroeg weg. We hebben allebei wat pijntjes 's nachts, vooral rug en knieen. Dit is best wel een zware tocht. Vandaag weer 1000m omhoog naar 2500m, naar Andorra en dan Spanje in. Hee, gastank 1 is leeg.

    10:30, Campcardos Vallei (1800m)

    Filterdun was het, net zo dun als het laagje ijs op de tent. De motivatie om naar Andorra te lopen. Petra zei dat ze het eigenlijk te zwaar vond, om dit 9 dagen zo vol te houden. Ditmaal stelde ik voor om terug te gaan naar 'l Hospitalet en dan de trein naar Foix te pakken. Ik zou dan nog steeds mijn 7 wandeldagen hebben. Ik heb een nogal arbitraire indeling in 'topklasse' tochten en 'de rest'. Topklasse is een kampeertrektocht van minimaal een week, de rest is de rest. Dit is een ludieke uitzondering op mijn doorgaans grondige afkeer van definities en hokjesdenken. Dat beknelt namelijk de creativiteit en de verbeelding... maar ik dwaal af... Klappertandend in de schemering gaf ik Petra vanochtend te keuze, en na wat aarzelen mompelde ze 'laten we maar doorgaan'. We verlieten het dorp naar het zuiden en twee uur later zwoegden we zwetend en puffend door deze vallei omhoog. Deze prachtige, schitterende vallei. Klaterende beekjes, felgele berken en lieflijke weiden met bloemen en vlinders. Aan het einde doemt het zinderende hete rotsige landschap op waar we op af stevenen. Nog een uur door deze herfstige schoonheid en dan boven de boomgrens. Enkele uren later het hoogste punt en dan de afdaling aan de spaanse kant. Ik zei tegen Petra: "wat zou het heerlijk zijn om hier gewoon de hele dag te blijven he?". Petra zei: "wat belet je?". Ik stond gelijk stil, verbaasd, en ik overwoog haar woorden. Een paar kilometer voor het hoogste punt stoppen? Net het drielandenpunt van Frankrijk, Andorra en Spanje niet halen? Om in plaats daarvan een paar uur aan een beekje naar gele berken te zitten staren? Ja, geweldig, geniaal, doen! Mijn enthousiasme lijkt wat vreemd misschien, maar dat komt door het achterliggende principe. Ik vind het waardevol om je grenzen te verkennen, en dat betekent ook doorzettingsvermogen om obstakels te overwinnen. Maar paradoxaal genoeg kan 'kunnen stoppen' ook iets zijn wat doorzettingsvermogen vereist. Eerder dit jaar op de C1 bergsportcursus ben ik over een te gevaarlijek 30 cm brede ijsgraat gelopen om net het officiele hoogste punt van de Gross-Venediger te bereiken. Achteraf vond ik dat ik daarin te ver ben gegaan, over mijn grens. Omdat voor mij hoogste punten, toppen, grenzen, etc niet zoveel meerwaarde hebben. Een beetje zoals met die definities en hokjes. Voor mij geldt nog altijd dat de reis zelf het doel is, ik hoef niet perse naar de top of de grens. Het is wel goed zo, we kiezen ervoor om hier een poosje te blijven, en dan keren we om, richting dat station in Hospitalet. Dat is trouwens nog steeds 1.5 dag lopen, dus in plaats van 9 dagen worden het er 8.

    15:30

    Tjemig, de overgang is accuut. Ik heb de afgelopen 5 uur bijna niet mee bewogen. Ik zit nog steeds onder dezelfde gele berk naar de rivier te luisteren. Er is in die 5 uur 1 wandelaar voorbij gekomen, en 2 reddingshelicopters doorkruisen al de hele middag de vallei, misschien op zoek naar iemand. Toch ergens wel een beetje jammer om de pijp aan Maarten te hebben gegeven, maar aan de andere kant ook wel best. Een conclusie in grijswaarden.

    18:30, Porte Puymorens

    Ondanks die 5 uur onder een berk hebben we toch nog een dag van bijna 4 loopuren gemaakt, en ik ban dan ook niet helemaal niet moe (huh?). Petra idem, die slaat zelfs de uitnodiging af om in het restaurant in het dorp te gaan eten. Liever gevriesdroogde goulash dan nog een paar honderd meter lopen. Maar dat is niet de enige reden. Onze tent, ons bivak, onze spullen, is gewoon ons thuis. Eigenlijk zijn we gewoon net zo lief gezellig thuis. Nog 1 dag te gaan morgen, over de Col de Puymorens, en dan de lange afdaling naar l'Hospitalet. We zouden ook dezelfde trein in Porta kunnen pakken, maar om er toch een lekkere 8-daagse van te maken gaan we toch nog 1 keer als zwaar bepakte muilezels met de zon in de nek omhoog. En dan, morgenavond: douche, stoelen, boeken, wijn, kaas, vervoer en al wat dies meer zei.


    Dag 8

    7.30, Porte Puymorens

    In mijn dikke lagen kleding kroop ik weer de tent uit. En zoals een astronaut die voor een ruimtewandeling door de luchtsluis kruipt werd ik begroet door de sterren en planeten. Maar astronauten maken geen koffie buiten. De geluiden van de nacht sterven weg, de burlende herten en roepende uilen maken plaats voor verkeersgeluid in de niet-zo-verte. Petra vecht nog met zichzelf in de tent, terwijl het nota bene Petra was die voorstelde om de wekker weer op 7 uur te zetten onder het motto: "opstaan is altijd even erg, of het nou 6 uur is of 10 uur". Oh, ok. Ik heb er als ochtendmens niet zoveel moeite mee en vind het wel leuk om de sterren nog even uit te zwaaien aan het begin van de dag.

    Vandaag wordt niet zo lang. Eerst 400m omhoog, dan 600m omlaag. Ik schat dat we er netto zo'n 3 uur over doen en vroeg in die middag in 'l Hospitalet zijn. Dan daar de trein naar Foix vinden en vanaf Foix nog een halfuurtje naar de camping.

    Het is schemerig geworden, Petra is de tent uit en over 20 minuten komt de zon op. Koffie en ontbijten. Het lijkt minder koud dan gisteren, ik zie ook geen rijp of ijs nu.

    10.15

    Het gaat sneller dan verwacht, waren binnen een uur op de col en zijn nu, een uur later, bezig met de afdaling naar 'l Hospitalet. Het weer lijkt te veranderen. Het is hard gaan waaien en er komen wat wolken. Goh, het laatste uur van de trektocht gaat in.

    Ik heb een theorie. Volgens mij is het verlangen naar, en geniet van de natuur een oud overlevingsinstinct. Net als voortplanting, smaak en denkvermogen. Hoe minder we nodig hebben, des te groter de overlevingskans. Hoe mooier, gezonder en vruchtbaarder het bos, des te meer voedsel is er te vinden. Het is ook altijd plezierig om noten, bessen, paddestoelen in de natuur te vinden. Deze combinatie van schoonheid, weinig nodig hebben, eten vinden, maakt ons onafhankelijker en vergroot onze overlevingskans. Natuurlijk is de moderne mens dit vergeten omdat we het niet meer nodig hebben. Maar het verklaart wel het plezier dat veel mensen daar toch nog in vinden. En hebben we het echt niet meer nodig? Deze zeer directe band met de natuur? Wat gebeurt er als de natuurlijke ritmen en behoeften onderdrukt en verstoord worden?

    13.00,'l Hospitalet

    Net de trein gemist, dus we moeten bijna 3 uur wachten. Maar dat is geen probleem. We liepen langs de dorpspomp waar een 8-tal localen luidruchtig vrolijk aan het doen waren, en we werden spontaan een mini-feestje ingesleurd ter ere van helemaal niets. Even later zaten we Pernod drinkend en worst kauwend in het half frans/spaans te wauwelen met half frans/spaansen. Ik deelde mijn laatste geitenkaasje en kreeg nog een drankje in mijn handen gedrukt. Nieuwe arriveerders schudden ons de hand en vroegen van welke berg wij afkomstig waren, hahaha. Zo snel als het begon, zo snel was het weer afgelopen en was iedereen weer verdwenen. Het enige dat erop wijst dat het geen verbeelding was is dat ik nog met een plastic bekertje verdunde Pernod in mijn handen zit.

    Foix

    Het weerzien met de auto vol luxe is altijd hartelijk en ook nu weer. Terwijl ik de laatste haring in de grond sloeg begon het hard te regenen, het officiele einde van onze trekking. Het duurde maar even, en toen brak de officiele rest van de vakantie aan. Nog ruim een week om terug te komen.