Rogen Nature Reserve, Zweden - najaar 2024 - 5 dagen

  • website

  • Proloog - 3 sept 2024

    Lofsdalen

    We kamperen op ruim een uur rijden van de trailhead, en waarschijnlijk 3 nachten in afwachting van droog weer. Het plan is om dan een 7-daagse te maken van Rogen nature reserve naar Tofsingalen National park, en weer terug. Het doel is om precies hetzelfde punt diep in Tofsingdalen te bereiken als 2 jaar geleden en daarmee 'aansluiting'te krijgen. We hebben inmiddels heel wat trekkingdagen doorgebracht in dit prachige gebied p de grens van Dalarna en Jamtsland.

    Ik ben minder gespannen dan gebruikelijk voor een trektocht. De weersverwachting is goed, zo gauw deze 2 dagen nattigheid vanuit Finland voorbij zijn. De route is duidelijk. Maar wat me het meest geruststelt is dat ik 2 maanden geleden in mijn eentje een 4-daagse trektocht heb gemaakt die vrij zwaar was, met afstanden van 20 km per dag. Zulke afstanden loop ik al jaren niet meer met volle bepakking en ook de aankomende tocht is maar 10 km per dag gemiddeld. Dus conditioneel zou het makkelijk moeten kunnen. Wat ook geruststelt is de geweldige 6-daagse van vorig jaar in Valadalen, iets ten noorden van hier. Het ademt dus allemaal meer belofte dan dreiging.

    Maar tegelijkertijd besef ik me ook dat de jaren zijn gaan tellen. Ik herinner me nog dat ik me voor mijn eerste trektocht afvroeg of ik niet wat te oud was om daarmee te beginnen, voorbij mijn fysieke top. Ik was toen 30, en nu ben ik 57, ik het bijna niet geloven. En Ingeborg is 62 en loopt zo goed als ongetrained met 15 kilo. Ik loop en roei daarom de laatste jaren minimaal 50 km per week om in conditie te blijven. Want zo gauw ik die kwijt ben dan is dit waarschijnlijk voorbij. Dit ongelofelijk belangrijke en vormende deel van mijn leven sinds mijn 30ste, eerst met Petra, daarna met Ingeborg.

    Ik hou er wel rekening mee dat dit mijn laatste 'echte' trektocht is, de laatste week in de wildernis. Maar eigenlijk denk ik dat al sinds ik hier in 2017 mijn been brak, alweer 7 jaar geleden. En eigenlijk denk ik dat al zo ongeveer 25 jaar. Maar ik ben er nog steeds, in 2024, met volgepakte rugzakken, klaar voor een trektocht van een week in de Zweedse wildernis.

    Proloog - 4 sept 2024

    Lofsdalen

    Gisteren zijn we om te verkennen helemaal naar de trailhead gereden. Net zo ver als van Apeldoorn naar Dwingeloo, waarvan 30km onverhard. Het is een mentaal paadje banen, zodat we alvast weten waar we de auto parkeren en beginnen met lopen. Het was duidelijk, en erg afgelegen. Rogen is sowieso afgelegen en moeilijk bereikbaar. De grote parkeerplaats was dan ook zo goed als leeg, op een enkele auto en wat rendieren na. We zijn duidelijk in het noorden aangekomen. Goudgele berken, toendra, moeras, rendieren en Sami dorpen. Het landschap is zompig, en nu is het nog kil, winderig en regenachtig. Dat zou allemaal moeten veranderen de komende dagen. Ik vermoed dat ik meer last van de warmte ga krijgen dan van de kou. Het wordt de hele week zo rond de 20 graden, en droog als het goed is.

    Maar nu regen het nog en we brengen bijna al onze tijd door in de tent. Veel slapen, veel lezen. Normaal hebben we niet zulke 'wachtdagen'. Ik dacht dat ik me zou vervelen of ongeduldig zou zijn, maar ik merk dat het tot stilstand komen me goed doet. Tijd om te mijmeren. Het is een lastig jaar, zoals elk jaar sinds de pandemie. Ik herstel maar langzaam van de klappen die ik op mijn werk heb opgelopen, ook al is die situatie sinds februari een stuk beter. Pa is ziek, en ook gisteren kwam er slecht nieuws over zijn prognose. Ik zie donkere wolken samenpakken. Ingeborg gaat ook bijna ten onder aan de zorg die ze alle geknakten moet geven. Maar er zijn ook gouden randjes, zoals het hechte gezinnetje dat we zijn geworden. Mijmeringen.

    Beetje stom, ik ben vergeten de voorbereidde track in mijn GPS te laden. Op zich geen probleem, maar dan moet ik meer kaartlezen. Maar omdat ik vandaag tijd zat heb heb ik wat coordinaten van belangrijke punten op de kaart opgezocht en in mijn GPS gezet. In geval van nood heb ik de track nog wel in mijn telefoon, maar die laat ik liever uit omdat ik niet kan opladen.

    Dag 1

    6:30, Lofsdalen

    De grote hobbel. Zoals altijd zie ik er tegenop. Tegen de overgang van 'gewoon kamperen' naar primitief. De kwetsbaarheid, de pijn en vermoeidheid die gaat komen. Slecht weer, muggen, moerassen, ploeteren, zere voeten, schouders en heupen. De hele mikmak. Tergelijkertijd weet ik dat het een minder moeilijke overgang is dan het nu lijkt. Vanavond zit ik, net als nu, in een bivakje.

    Eerst ontbijt, dan de hele zooi ompakken. Alles wat we de komende week nodig hebben moet in de rugzakken. Het meeste zit er al in, maar niet alles, en we moeten even heel gefocust zijn. Dan ons 'normale' bivak afbreken en alles in de auto stouwen. En dan op weg, dezelfde 1:!5 uur rijden als eergisteren.

    9:30, Rogen trailhead, Karingsjovallen (N62.35,E12.57)

    Bijna in de stilte reden we de anderhalf uur naar dit punt. Door de mist en langs goudgele toendra. Af en toe remmend voor overstekende rendieren. Een beetje gespannen, maar die spanning wordt met ieder genomen hobbeltje minder. En nu zijn we er, we gaan van start.

    11:00, Vingarna

    De kop is eraf. We hobbelen door geel berkenbos tussen prachtige meren. De zon schijnt inmiddels, maar de wind is nog fris. Het pad is smal en stenig, gladde rotsen en glibberige wortels. Bij elke stap denk ik aan mijn beenbreuk in dit gebied. Alweer 7 jaar geleden, maar ik denk niet dat ik die vage angst nog kwijt ga raken. Dag 1, het zelfvertrouwen moet nog komen, ik ben nog iets te veel bezig met me zorgjes maken over de route, tempo, weer en omstandigheden. Dat is normaal, dat komt wel. Het eerste bivak is altijd zo'n landingsmoment. Maar dat duurt nog wel een paar kilometer, in in dit tempo nog wel een paar uur. Maar het geeft niet, we zijn op weg.

    12:00, lunch

    Het is warm, ik zweet peentjes, het wordt de komende dagen ook boven de 20 graden. Primitieve lunch met fruitkeks, maar zonder koffie omdat we onze 'limonade' (kraanwater) nog even willen sparen. Ik kook straks in het bivak wel wat extra water voor thee en koffie. Het pad is soms kut, en soms okay. Meestal kut, en het vereist 200% focus. Ik zie het maar als een mindfullnesstraining. Maar de laatste kilometer is het vlak en goed bospad, en in een rechte lijn zijn we nu nog 2 km van het beoogde bivak. Eigenlijk gaat het prima zo.

    14:30, waar is die schuilhut?

    Oeff, het gaat niet helemaal lekker. Ik ben oververhit en heb een knallende koppijn. De windshelter waar we op richtten is niet. In plaats daarvan hangt er een waarschuwingsbordje voor een beer, WTF!? Dat heb ik nog nooit eerder gezien in Zweden, we kunnen hier beterniet blijven. Het pad is loodzwaar geworden, dit is niet leuk. Is Rogen toch een maatje te groot voor ons? Eerst maar eens koffie maken en de paracetamol laten inwerken, het is nog vroeg. Ik durf het nog niet hardop te zeggen, maar ik al aan morgen terug naar de auto.

    16:00, bivak N6912570, E0368930

    Het goede nieuws, we hebben een bivak. Het slechte nieuws, ik ben ziek geworden. Op dit moment kan ik niet verder, en ook niet terug. Het is geen noodsituatie, we hebben immers voor 7 dagen voorraden en stromend water vlakbij. Mocht het uit de hand lopen dan is Rogenstugan 2 km verderop. Maar even kijken hoe het morgen is.

    Dag 2

    8:00, bivak

    Mijn god, wat een nacht. Ik ben gisteren om 16:00 de tent in gekropen. Hoofdpijn, buikkramp, misselijk, ziek. Ik ben er alleen om 18:00 nog even uit gekomen om water te koken voor een hongere Ingeborg, maar zelf heb ik niets gegeten en ben daarna gelijk weer de tent in gezombied. Half slapend, half denkend, werd het donker. En toen ik om 23:00 moest plassen voelde ik me tot mijn opluchting ietsje beter en stond ik onder een kraakheldere sterrenhemel, prachtig! En toen zag ik ogen. Op ongeveer 10 meter afstand zat een beest. Ik kon niet zien wat het was, maar aan de beweging van de kop en de afstand tussen de oplichtende ogen denk ik een vos. Of een lynx, maar hij leek iets te brutaal voor een lynx. Geen beer, daarvoor was de kop te klein.

    Toen we een poosje sliepen klonk er een harde klap op de tent. Een kwartier later nog een, en toen volgden ze elkaar op. Alsof er iets probeerde binnen te komen. Ik deed de rits open en probeerde te zien wat het was, maar was ook een beetje ongerust dat het een hondsdolle vos kon zijn. Ik ben toch buiten gaan kijken, omdat ik ook weer moest plassen, maar zag niets meer in het stikdonker. Ondertussen was het 02:00, nog 4 uur tot daglicht, en dat was een onrustige slaap. Grote opluchting toen ik mijn ogen open deed en het licht was. Toen ik de tent ging inspecteren mistte er een aantal haringen, die Ingeborg later verderop terug vond. Iets had geprobeerd onze haringen te stelen.

    De plannen zijn de laatste 12 uur al een paar keer gewijzigd. Het pas is te slecht voor die 7-daagse, te zwaar, te gevaarlijk. Dus we gaan 'base campen'en dan vanuit een bivak wat kortere wandelingen maken zonder volle bepakking. En in 2 dagen terug, in plaats van in 1 langere dag. Maar het plan om op deze plek te blijven is alweer verworpen vanwege de tentharingstelende vos en de enorme rodemierenstad waarvan de inwoners me al een aantal malen hebben gebeten. Het laatste plan is om nu nog 2 km verder te lopen naar de Rogenstugan en te kijken of we daar kunnen base campen. Van daar kunnen we in 2 dagen terug, en dan maken we er een 5-daagse van. Een andere belangrijke reden om het in te korten is de naderende regen over een paar dagen. Want dan wordt het pad nog gevaarlijker.

    9:00

    Na een warme zak pap en een beker koffie voel ik me weer een stuk beter. De hoofdpijn is weg. En wat is het hier prachtig! Na de kraakheldere nacht was het nevelig boven het meertje naast ons bivak. Het is hier doodtsil. Geen verkeer, geen vliegtuigen, geen mensen. Maar ook bijna geen vogels. Heel af en toe krijst er een taiga gaai. Behale de vos en wat rendieren hebben we geen wildlife gezien. Het enige geluid is een kleine stroomversnelling in het meertje.

    Dit is de eerste 'inner day', zo noemen we de dagen waarop we zowel wakker worden als gaan slapen tijdens een trektocht. Dag 1 was uiteindelijk best heel zwaar, vooral omdat ik ziek werd. Ik ben benieuwd wat voor effect dat op de rest van de tocht gaat hebben. Het is nu al anders dan anders.

    12:00, Rogenstugar (N69111966, E0367804)

    Soms zit het mee, soms zit het tegen. Nu zit het even mee. We bereikten vrij snel de over van het enorme Rogen meer, het meer waarnaar dit natuurreservaat is genoemd. We kwamen wat hutten tegen, maar geen mensen, het is overal doodstil. We liepen langs een prachtig kustpaadje naar deze bemande hut, Rogenstugar. Het eerste wat we zagen was een bordje 'welkom, verboden vuur te maken op de campsites'. Yes! Campsites! Iets verderop de hut zelf, met de instructie dat we gratis mogen kamperen, maar dan geen gebruik mogen maken van de faciliteiten (keuken en sauna), maar wel van de poepdozen buiten. Ons bivakplekje is perfect. Direct aan het meer, met een geweldig uitzicht over het water en de bergen in Noorwegen daarachter. Het is warm, warmer dan verwacht, het lijkt wel een graad op 25. Dus we doen verder niet zoveel meer dan schaduw zoeken. We blijven hier 2 nachten, en dan in 2 dagen terug, net vakantie.

    17:00

    Vandaag was een belachelijk korte hike dag, 2 km, waar we ongeveer een uur over deden. Het was dus vooral een lange bivak dag. Ik heb wat bijgeslapen en veel zitten lezen op mijn nieuwe super-dure lichtgewicht Helinox stoeltje. 600 gram en 220 euro, maar zowel het extra gewicht als de prijs zeker waard. Zeker als je een wat oudere en minder fanatieke hiker begint te worden, die met droge ogen 1 uur lopen een 'hiking dag' noemt. Maar ergens steekt het ook een beetje. Ik heb me maandenlang op deze tocht verheugd, en er roeiend en wandelend naartoe gewerkt. En ergens mislukt nu het doel van 'aansluiting' lopen met Tofsendalen. In plaats daarvan zit ik op mijn luie krent te lezen in het zonnetje, en dan morgen nog zo'n dag. En daarna 10 km terug... in 2 dagen. Ergens voelt het als een afgang. De woorden van Greg Krasovac klinken vaag ergens in mijn oren "we walked in as proud peacocks, and left as wet dogs", nadat we de computer van zijn buurman kwamen 'repareren' en in plaats daarvan een grotere puinhoop achterlieten. In ieder geval staat er nu geen man met een geweer achter me, zoals destijds in Nevada. Maar toch is het de juiste beslissing. Het pad is te gevaarlijk. Dit is precies het soort pad waar ik in 2017 uitgleed en mijn been brak, en dat besef ik me met elke stap. Ik moet ook knarsetandend toegeven dat ik geen 30 meer ben. Zelfs geen 40, of 50, en Ingeborg zelfs geen 60. We kunnen nog geweldige trektochten maken, zoals die 6-daagse van vorig jaar, maar ik moet ook onze grenzen in de gaten houden. Maar het is lastig voor me. Ons tempo ligt nu extreem laag, ongeveer 2 km per uur. Dat betekent dat de flexibiliteit om andere routes en doelen te kiezen ook afneemt. En die 2 km per uur kost vrijwel net zoveel moeite als 5 km per uur op betere paden. Het zit hem namelijk niet in de kilometers, maar in de uren waarin je 20 kilo aan het verslepen bent. Dus... ergens teleurstelling, maar ook overgave aan de situatie.

    Het idee dat dit misschien wel mijn laatste Skandinavische trektocht is laat met niet helemaal los. Als ik om me heen kijk naar de goudgele dwergberkjes, bosbessenvelden en mijn trouwe Nallo-3 tent, dan vraag ik me af of ik dat later nog een keer zo zal terugzien. Met de auto is toch anders, het leven in zo'n wandelbivakje is echt heel anders, heel overzichtelijk. We hebben alles in de rugzakken, weten op elk moment precies waar alles is en hoeveel voorraad we hebben. Alles is kostbaar, en veel is op veiligheid gericht. Genoeg warme kleren, slaapzakken droog houden enzo. Veel is op drinkwater gericht. Zelfs tijdens zo'n comfortabele 'bivak dag'. Deze focus, deze beelden op mijn netvlies, van al die super-vertrouwde uitrusting, die zou ik niet graag willen missen. Het hele zware afzien hoeft al jaren niet meer. Dat hoefde sowieso al nooit, maar vroeger vermeed ik het niet. De tochten waren altijd belangrijker dan de pijn die het deed. Nu vermijd ik het wel meer, we zijn de laatste jaren op zoek naar een wat lichtere vorm die toch nog het avontuur en de vrijheid geeft waar het om gaat. Het is okay dat het wat lichter wordt, Het heeft niets met 'stoer' te maken, wat sommige mensen wel eens denken. Het gaat vooral over vrijheid, zelfstandigheid, natuurbeleving. Als ik mijn doorleefde uitrusting zie, de binnentent ruik, de brander hoor razen, mijn slaapzak voel, dan denk ik niet "goh, wat stoer". Maar "goh, wat vertrouwd". En het is die vertrouwdheid die me in staat stelt om zo makkelijk diep weg te zinken in de ervaring.

    Aan de andere kant. De plek is echt prachtig, perfect. En door uren en dagen in zo'n bivakje te zijn groei je daar ook een beetje in op een manier die je niet hebt als je er vluchtig doorheen trekt. In dat laatste geval krijg je wel meer binding met het grotere landschap zelf, maar nu meer met de lokatie. En die lokatie is Lake Rogen, op z'n mooist, en een plek waar je alleen te voet kan komen.

    Dag 3

    7:00, Rogenstugan

    Wauw, onbeschrijfelijk mooi hier. De zon komt net boven de lage berkjes en het uitzicht over het meer is geweldig. Er loopt een klein stroompje naast het kampje, en op de plek waar hij het meer in stroomt is een handige wasplek en een plek om drinkwater te halen. Ik weet vrij zeker dat je het ongezuiverd kan drinken, maar toch ook ik al het water. Ik had anderhalf gastankje mee, eentje is nu leeg. Voor de komende 3 dagen ruim genoeg gas, maar voor 7 dagen was het toch krap geweest. Omdat we de tocht met 2 dagen inkorten hebben we nu te veel voorraad mee. En dus keuze wat we eten. Dat voelt als exorbitante luxe. Ook drinkwater is in overvloed aanwezig. Het voelt erg comfortabel allemaal. Deze plek maakt mijn twijfel en melancholie langzaam maar zeker goed. Deze schoonheid in deze doodse stilte is in de 'normale wereld' niet te vinden, daar is alles platgetreden. Misschien zit daar die veranderende focus ergens in als we niet meer van die lange zware tochten willen maken. Een paradijslokatie uitzoeken die in 1 a 2 dagen lopen te bereiken is, dan een paar dagen basecampen, en weer terug. Gek genoeg wordt dan de bestemming het doel, in plaats van de reis, een gedachte waartegen ik me altijd verzette omdat ik het associeer met het domme massatoerisme, allemaal op jacht naar dezelfde foto van dezelfde bezienswaardigheid. Maar je kunt het ook zien als een soort diepgang. Ons reismotto is sowieso 'fort Bravo', waarbij we bewust de pieklokaties vermijden en op zoek gaan naar onze eigen favorieten. Per definitie de plekken waar anderen hun neus voor ophalen, B-lokaties, zoals Fort Bravo in Andalucia eerder dit jaar. In dit geval dus pareltjes in de natuur waar je niet met auto of camper kunt komen. Er slapen wel wat mensen in de hut geloof ik, soms komen er wat lichtgepakte wandelaars voorbij. Maar wij zijn de enige kampeerders. Solitude.

    11:00, Karingsjon

    Met bijna lege rugzakken voelt het alsof we zweven. We zijn een ochtendwandeling gaan maken naar Karingsjon, het startpunt van de kanoroutes, 5 km van ons bivak. Karingsjon is een boerderij met hutten er omheen, een stapel kano's en andere vaartuigen. Er staan verrassend veel auto's op het grasveldje dat als parkeerplaats dient. Ik zou dit kleine weggetje niet aandurven met mijn auto, dan moet ik ook eerst zo'n 4W Volvo. Stoere plek dit. Gek genoeg voelt het een beetje andersom nu, alsof ik als een soort 'native' uit de stille rimboe kom lopen, een wereld vol muziek, auto's en mensen in. Tjee, na 2 dagen stilte voelt dat al zo. Ik ben blij en dankbaar dat ik zo weer die rimboe in duik. Terug naar ons kampje. En dan wassen en afkoelen in het meer, want het is alweer warm.

    14:00, Rogenstugan

    Thuis. Zo voelt het inmiddels als ik het vertrouwde bivak zie. Deels is het een andere omgeving, maar wat veel sterker werkt is die enorme vertrouwdheid van de tent en alles daar omheen. Deze tent is al 15 jaar mijn thuis op mijn trektochten, net zoals zijn voorganger dat was. Beide Hilleberg Nallo 3 tenten. Verschrikkelijk dure tenten, ooit voor mijn allereerste trektocht in 1997 door pa aangeraden. Destijds was pa een stoere hiker, die mij overhaalde om toch eindelijk eens een keer met hem mee te gaan. Ik was 30, hij 51, en die eerste trektocht veranderde mijn leven. Nu ben ik 57 en pa vecht op zijn 78ste voor zijn leven met prostaatkanker. Ik heb dit hiking-leven aan hem te danken.

    Die bivakvertrouwdheid gaat wel diep, dat merk ik aan Ingeborg. Haar eerste trektocht was met mij, in 2008, naar Dovrefjell. Ze was destijds stomverbaasd dat zoiets kon. Gewoon zomaar met je tentje in de wildernis blijven. Ik had niet verwacht dat ze het zo mooi zou oppikken, dat gevoel. Maar inmiddels hebben wij samen ook al tientallen trektochten gemaakt. Het vaakst hierheen, naar de Zweedse wildernis, waar ik met Petra nooit ben geweest. Moeilijk begaanbaar, maar zo makkelijk om te verblijven als je er eenmaal bent.

    Dag 4

    13:00, Bivak (N6914963, E0372890)

    Traditioneel is dit meestal de 'ah, lekker' dag. De startpijntjes en onzekerheid is dan voorbij en dan zink ik helemaal in het hikingleven. De zonsondergang, sterrenhemel, rust en schoonheid aan het Rogen meer waren perfect. Toen ik nog even in de tent met de flap open van het avondrood op het meer zat te genieten liep er opeens een vos vlaks langs de tent. Hij zag de open flap en veranderde van koers om iets te komen stelen. Maar opeens zag hij mij zitten. We keken elkaar eventjes aan, op 2 meter afstand. Toen draaide hij rustig om en hobbelde weer. We hebben hem niet meer gehoord en hebben net als gisteren weer meer dan 10 uur geslapen.

    Na een rustig ontbijt, starend over het meer, was het toch tijd om op te breken. De huttenwaard vertelde dat het vandaag nog goed weer is, morgen matig, maar dat het daarna erg slecht zou worden. Het is dus een goede beslissing om er 5 dagen van te maken. In de stromende regen zijn al die gladde stenige afdalingen een soort zelfmoord. Het weer is nu al anders. Grotendeels bewolkt en een harde wind. Alsof Rogen een prachtig venster voor ons heeft geopend, wat nu weer wordt gesloten, zo hoort het. Op de heenweg had ik al een geschikt bivakplekje met een waypoint in mijn GPS gemarkeerd, en daar staan we nu. Weer schitterend aan de oever van een meer, tussen wat dennen en berken. Om ons heen roodverkleurende bosbessenvelden, vol rijpe bessen. Overal gele berkenblaadjes op de grond. Ons laatste wilde bivak.

    17:30

    Ha, een zweedse hike zoals een zweedse hike hoort te zijn. Zo gauw we onze snelle late lunch met fruitkeks en oploskoffie binnen hadden begon het te regenen en verruilden we 'the great outdoors' voor 'the great indoors'. Teruggetrokken in onze knusse binnenwereld terwijl de regen op het tentdoek tikt en de wind door de bomen giert. Fleece aan en mutsen op. Ik kan zoveel beter tegen regen en kilte dan tegen hitte. Die binnenwereld is ook altijd hetzelfde. Alles heeft z'n vaste plek. Alleen datgene buiten de tent is verandelijk. Daarom voelt het binnen vaak als een soort tijdmachine die door allerlei tijden, seizoenen en plekken reist. Onze tardis. Er hebben me eindeloos veel landschappen begroet bij het openen van de rits. Van Amerikaanse rode woestijn tot bevroren toendra. Nu is het een smalle strook herfstig landschap tussen 2 winderige meren. Maar binnen is het 'thuis'. Het is steeds weer wonderlijk hoeveel spullen er uit de rugzakken komt, zodat het binnen ook gewoon lekker gezellig is. De matten en slaapzakken liggen al klaar. Kussenslopen volgepropt met kleding die we niet aan hebben, zodat we comfortabele (doch enigzins geurende) kussens hebben. De 'keuken' is rechtsvoor, mijn domein tijdens hikes. Zelfs een zacht fleece voerkleed in de voortent, en ditmaal voor het eerst een heus comfortabel stoeltje. We hebben pinda's, beef jerky en een goede rokerige Laphroig whisky voor het 'happy hour'. We hebben nog voolop etensvoorraad, drinkwater en gas. En e-readers als goedgevulde 'bibliotheek'. Als we willen kunnen we zelfs internetten, er is bereik, en mijn telefoon is dankzij mijn powerbank nog 100% vol. Nog even genieten.

    Dag 5

    6:30, Bivak (N62.3444, E12.5450)

    Voor zonsopgang op. Ik was al een uur wakker toen het begon te regenen. Dag 1 was nogal een 'uitdaging', de prijs die ons berekend werd om Lake Rogen te bereiken. Het slechte weer nu is een soortgelijke uitdaging, de prijs die we moeten betalen om het gebied weer te verlaten. We denken vaak in zulke symmetrie, dat komt ook een beetje door onze sjamanistische inslag die ons als druiden is aangeleerd. Wat dat betreft is dezelfde weg heen als terug voor ons ook nooit zo erg, dat past bij die denkwijze. Het geeft niks. Ik geniet ervan. Het is dag 5, en dan geniet ik meestal vooral. En we hebben een nieuw motto: hikingschoon: "aflikken is afwassen".

    Epiloog

    10:00, Sarna

    Het laatste stuk was makkelijk. De rugzak voelde ik eigenlijk niet meer na een paar dagen. Geen pijntjes, gewenning, en het pad werd steeds makkelijker en breder naarmate we dichter bij de parkeerplaats kwamen. Het was sowieso maar minder dan een uur lopen van het bivak naar de auto. Als ik me al schaamde om de 2 loopuren van dag 2 een 'hiking dag' te noemen dan was dat nu nog erger. De grote parkeerplaats was nog steeds zo goed als leeg, behalve dat er naast onze auto nog een Nederlandse auto stond. Er stapte een stel uit, ongeveer onze leeftijd, misschien iets jonger. Ze begroetten ons hartelijk. Ze hadden 3 dagen gelopen, ook 2 dagen korter vanwege het naderende slechte weer. Ze vertrokken daarna snel en wij hebben nog even rustig onze spullen georganiseerd. We hebben met die grote hiking rugzakken erbij namelijk 2 volledige kampeeruitrustingen mee. En dat past allemaal maar net in onze auto, een toch wel ruime Golf Variant station wagon.

    Het was nog pas 9:00 toen we wegreden. Eerst weer de 20 km onverharde weg, daarna via de gele toendra naar het zuiden. Een tussenstop bij de ICA in Idre en daarna door naar onze bekende camping in Sarna, 100 km naar het zuiden. Vanwege de naderende tsunami's en tornado's hebben we voor 2 nachten een hutje genomen voor 1200 kronen. En zelfs nog even in een waterig zonnige de hiking tent kunnen drogen voordat het einde der tijden zou toeslaan.

    Apres nou le deluge. Met de zware zondvloed op komst besloten we feestend ten einde te gaan. We zijn naar het enige restaurant van het dorp gegaan voor een hamburger, biefstuk en patat. Daarna begon het zachtjes te regenen. En ondanks de dramatische voorspellingen bleef het daarbij. Maar wel langdurig, en ik ben toch wel blij dat ik nu niet nog 2 dagen loop te glibberen op de verradelijk gladde padden van Rogen.